u bevindt zich hier: onthaal → leven met een zieke nier → voeding
De nieren hebben verschillende functies waaronder:
- regelen het vochtgehalte van het lichaam alsook de zout-,kalium-,calcium-en fosforhuishouding;
- onder controle houden van de bloeddruk via hormonen en de zout-en waterhuishouding;
- stimuleren de aanmaak van rode bloedcellen;
- zorgen voor het behoud van het botweefsel door de regeling van kalk (calcium), fosfor en vitamine D.
Indien de nieren minder werken dan normaal (=nierfalen) heeft het lichaam problemen om de afvalstoffen en het teveel aan vocht te verwijderen. Ook teveel aan mineralen zoals kalium, natrium, fosfaat kunnen onvoldoende verwijderd worden. Wanneer de nieren helemaal niet meer functioneren (=eindfase nierfalen), wordt de nierfunctie (nooit volledig) overgenomen door dialyse (hemodialyse of peritoneale dialyse).
Aanpassingen in het voedingspatroon zijn zowel bij nierfalen als bij niervervangende therapie echter noodzakelijk. Welke voedingsaanpassingen noodzakelijk zijn, is afhankelijk van verschillende factoren zoals de nog resterende nierfunctie, soort dialyse, de bloedwaarden (ureum, kalium, fosfaat,…), de bloeddruk, de resterende urineproductie, en moet steeds individueel met de arts worden besproken.
Het is de taak van de arts en/of de diëtiste om de nodige voedingsaanpassingen uit te leggen!
· Bij nierfalen ligt de nadruk op het beperken van eiwitten, natrium (bij hoge bloeddruk), fosfor en kalium (afhankelijk van de bloedwaarden)
· Bij hemodialyse en peritoneale dialyse is er een hogere eiwitinname vereist om ondervoeding te voorkomen en omwille van het verlies van eiwitten door de dialyse. Fosfor-en kaliumbeperking blijven belangrijk. In welke mate vocht moet beperkt worden om onder andere opstapeling van vocht in het lichaam te beperken, is afhankelijk van de resterende urineproductie.
Hierna volgen enkele belangrijke voedingsrichtlijnen i.v.m. eiwitten, kaliumbeperking, fosforbeperking, natriumbeperking en vochtbeperking.
Enkele tips in verband met het gebruik van fosfaatbinders:
- Neem de fosfaatbinders in tijdens de maaltijd. De fosfaatbinders komen dan samen met het voedsel in de darmen. Op deze manier kan het meeste fosfor uit de eiwitrijke maaltijden gebonden worden.
- Denk ook aan de eiwitrijke tussendoortjes zoals yoghurt, pudding en kaas die fosforrijk zijn omdat dan fosfaatbinders ook nodig kunnen zijn.
- Wanneer u niet eet, bijvoorbeeld tijdens ziekte, moeten uiteraard geen fosfaatbinders ingenomen worden.
Fosfor zit voornamelijk in volgende voedingsmiddelen:
- Volkoren graanproducten (volkoren-en bruinbrood, bruine rijst en deegwaren, muesli, volkoren ontbijtgranen, ontbijtgranen met gedroogd fruit)
- Vlees, vleeswaren, vis, vleesvervangers, eidooier
- Melk-en melkproducten, kaas, smeerkaas
- Bepaalde groentesoorten: vnl. artisjok, maïs, champignons en spruiten
- Bepaalde fruitsoorten: gedroogd fruit en passievrucht
- Producten op basis van cacao (chocolade, chocopasta, koekjes met chocolade, pralines, ...)
- Noten, zaden, pitten, peulvruchten
- Cola, bier en advocaat
Kalium zit voornamelijk in de volgende voedingsmiddelen:
- Aardappelen
- Volkoren graanproducten (volkoren-en bruinbrood, bruine rijst en deegwaren, muesli, volkoren ontbijtgranen, ontbijtgranen met gedroogde vruchten)
- Groenten, fruit en gedroogd fruit
- Melk-en melkproducten
- Bepaalde dranken (sterke koffie, verse of kant-en-klaar gekochte groente-en fruitsappen
- Producten op basis van cacao (chocolade, chocopasta, koekjes met chocolade, pralines, ...)
- Noten, zaden, pitten en peulvruchten
- Dieetproducten zonder zout en vervangzout
Enkele feiten en tips over kalium:
Kalium is oplosbaar in water. Bij het koken van groenten en aardappelen in ruim water gaat ongeveer 1/3 van de kalium verloren, als u het kookwater op het einde van het kookproces weggiet en vervangt door vers kookwater (het zogeheten “in twee tijden afkoken” .
* Aardappelen zijn bijzonder kaliumrijk. Een paar keer in de week de aardappelen vervangen door witte rijst of witte deegwaren is een goede gewoonte. Witte rijst en witte deegwaren (spaghetti, spirelli’s, macaroni, tagliatelli, mie, ...) bevatten veel minder kalium in vergelijking met aardappelen en zijn dus goede alternatieven.
* Wanneer groenten gebruikt worden, zeer rijk aan kalium, vervang dan de portie aardappelen door een portie witte rijst of witte deegwaren.
* Koffie kan vervangen worden door thee of frisdranken. Deze dranken bevatten nauwelijks kalium.
* Bereidingswijze aardappelen en groenten:
- Aardappelen:
Schil de aardappelen steeds, snij ze in kleine stukken en kook ze twee maal in water, waarbij het eerste kookwater weggooit. Werk eventueel verder af tot puree, gebakken aardappelen, kroketten, ... . Aardappelen in de schil gekookt, verliezen praktisch geen kalium en worden daarom best gemeden.
- Groenten:
Maak de groenten schoon en snij ze in kleine stukken. Kook de groenten één maal in een ruime hoeveelheid water. Giet vervolgens het kookwater weg. In dit kookvocht zit er immers veel kalium en het mag daarom niet verder gebruikt worden voor het bereiden van een saus. Werk de groeten eventueel verder af met een beetje vetstof.
* Vermijd koken in de microgolfoven, in een stoomapparaat, in een snelkookpan of bakken in de oven, wokken. Deze kooktechnieken kunnen enkel gebruikt worden voor het opwarmen van reeds gekookte aardappelen en groenten.
- gebruik i.p.v. zout andere smaakmakers zoals verse kruiden, specerijen, ui, look, citroen, … . Een kruidenwijzer kan hierbij helpen.
- werk een gerecht af met een draai van de pepermolen;
- vlees en vis kunnen goed op smaak gebracht worden in een marinade (zonder zout);
- niet-bereide diepgevroren voedingsmiddelen (groenten, vlees, vis, …) bevatten geen toegevoegd zout;
- geef steeds de voorkeur aan verse producten (groenten, vlees, vis, …);
- zeezout en jodium verrijkt zout bevatten evenveel natrium als gewoon keukenzout;
- gebruik bij voorkeur zoutarm brood of ongezouten beschuiten;
- indien het brood zelf gebakken wordt, voeg dan minder zout toe;
- geef de voorkeur aan vis-en vleesbereidingen in papillot, roosteren en braden. De smaak blijft beter bewaard.
- gebruik GEEN vervangzout of dieetproducten met minder zout (zoutarme kazen, zoutarme vleeswaren).
LET OP VOOR “DIEETZOUT” of “VERVANGZOUT”.. Deze producten bevatten inderdaad vaak minder of geen zeezout, maar he natrium is vaak vervangen door kalium wat niet geschikt is bij een kaliumbeperking ! Bovendien onderhoudt u op deze manier de slechte gewenning aan de zoutsmaak.
Enkele tips om vochtbeperking beter vol te houden:
- verdeel uw vochtinname over de hele dag;
- gebruik hiervoor kleine kopjes, kleine glazen, … om de hoeveelheid vocht beter te kunnen verdelen;
- drink met kleine teugjes en geef de voorkeur aan frisse, niet te zoete dranken;
- bij feesten kunt u best kiezen voor dranken die in kleine hoeveelheden worden geserveerd (sherry, (schuim)wijn, champagne, sterke drank zoals whisky, cognac, … maar met mate) in plaats van frisdrank, bieren, cocktails, …;
- om een dorstgevoel te voorkomen vermijdt u best zoveel mogelijk zoutrijke, suikerrijke en sterk gekruide (pikante) voedingsmiddelen;
- neem uw medicijnen in met de maaltijd of het dessert (vb. pudding, yoghurt, ...) of met de drank bij de maaltijd;
- hebt u toch last van een dorstgevoel, gebruik dan een schijfje citroen om je lippen te bevochtigen, een ijsblokje met eventueel wat citroensap aan toegevoegd voor de nog frissere smaak en verhoogt de speekselproductie (komt overeen met 15 ml water). U kunt hiervoor ook gebruik maken van een klein partje fruit dat u eventueel invriest. Verder kunt u ook de mond spoelen met water.
- het gebruik van luchtbevochtigers kan ook een hulpmiddel zijn om een droge mond te voorkomen en zorgt voor de nodige verfrissing bij warm weer.